Slapen in een boomtent

Slapen op drie meter boven de grond, in de kruin van de bomen, tussen het gefluit van de vogels? Dàt is slapen in een boomtent. Wij sliepen in zo’n boomtent in de tranendreef in Borgloon op een prachtig nazomerweekend in september. Het weer was top, het avontuur heel groot en de omgeving prachtig.

Wat heb je allemaal nodig voor dit avontuur?

Slapen in een boomtent is echt kamperen. Je hebt dus een slaapzak nodig, warme kleren voor koude nachten en barbecuespullen voor een gezellige avond. Je kan met de auto tot aan het begin van de tranendreef rijden om al je spullen uit te laden, maar daarna moet je terugdraaien en de auto parkeren op een parking iets verderop. Daar sta je dan met al je spullen :-) neem dus niet te veel mee want alles moet je te voet naar de boomtent brengen. Aan het einde van de bomenlaan is er een picknickplek met drie banken, een vuurplaats en een barbecue. Er is een grote tarp tussen de bomen gespannen zodat je min of meer droog kunt zitten bij miezerig meer.

Wij maakten ‘s avonds een gezellig kampvuur om marshmallows te roosteren en genoten in de avondzon van een barbecue. Hout en kolen zijn aanwezig en inbegrepen in de prijs. Bij de picknickplek is een droogtoilet, netjes maar basic. Echt kamperen dus.

De tenten hangen stevig in de bomen. Je zal dus niet veel last hebben van wind of wriemelaars. Het mooie is dat je wakker wordt en gaat slapen in de bomenkruin. Op de eerste rij dus voor een zonsondergang of mooi uitzicht over de velden.

Wat is er allemaal te doen?

De druppelvormige tenten zijn een creatie van kunstenaar Dré Wapenaar. Ze maken onderdeel uit van het project PIT, een kunstwerkenroute van zeven kunstwerken in de buurt van Borgloon. Ze liggen op fietsafstand van elkaar, uitgestippeld in een route van 29 of 42 km.

Je kan ook heel mooi wandelen in de buurt. Wij vertrokken voor een wandeling aan het doorkijkkerkje in Borgloon. Een toeristische maar héél mooie plek waar veel wandelroutes samenkomen. Wij volgden de natuurpuntwandeling ‘Hoogstamgordel Grootloon’ en volgden de blauwe route van 5 km. Op die route kwamen we twee kunstwerken tegen: het doorkijkkerkje dus en de twijfelgrens. Dat is een mysterieuze geplooide lijn in het landschap. Je moet het maar eens langs alle kanten bekijken …

Op die wandelroute ligt ook een speelboomgaard, een leuke tussenstop om met kindjes te doen en even uit te blazen op een bankje tussen de fruitbomen. Onze kindjes klommen meteen op de houten rups die in een appel wil bijten of klommen de reuzehangmat in. Moeilijk om hen daar nog weg te krijgen … :-)

Parkeren doe je het best op een van de randparkings, want bij het doorkijkkerkje zelf is geen plek voor auto’s. Wij lieten onze auto achter op parking VIIO aan de grootloonstraat nr 5. Vandaaruit is het gewoon de straat oversteken en de bordjes volgen. Je komt als vanzelf op de blauwe wandelroute. Natuurpunt heeft ook handige wandelkaarten voor dat gebied. Er is ook een route van 3, 8 of 12 km.

Als je nog wat tijd overhebt, rij dan ook eens langs de abdij van Colen in Kerniel, een deelgemeente van Borgloon. Wij parkeerden ons camperbusje naast de abdij voor nog een nachtje ‘wildkamperen'. Vlakbij is een geweldig toffe zomerbar, met leuke banken, strandstoelen én een heel mooi uitzicht. Je loopt er ook langs nog een kunstwerk van de PIT-route, een houten, ronde constructie met alweer een mooi uitzicht over de omgeving. Er start ook een mooie en rustige wandeling over leuke vlonderpaadjes.

Vorige
Vorige

6 maanden weg. Op roadtrip door Europa met 2 kleine kinderen.

Volgende
Volgende

Het Wonderbos in De Haan